Tip(s): |
Ingrediėnten:
- 250 g bloem
- 100 g suiker
- zout
- 150 g koude boter of margarine
- 750 g appels (goudreinetten)
- 1 eetlepel citroensap
- 2 theelepels kaneelpoeder
- 2 eetlepels abrikozenjam
- poedersuiker
Bereiding:
De bloem boven een kom zeven en 75 g suiker en een mespunt
zout erdoor mengen. De boter met twee messen tot erwtjesgrootte door de bloem snijden, 2
eetlepels ijskoud water toevoegen en met koele hand tot een soepel deeg kneden. Van het
deeg een bal vormen, deze verpakken in plasticfolie en ± 1 uur in de koelkast leggen.
Intussen de appels schillen, halveren, klokhuizen verwijderen en in kleine stukjes
snijden. Overdoen in een kom en het citroensap, het kaneelpoeder en de rest van de suiker
erdoor mengen.
Tot gebruik afgedekt in de koelkast zetten.
De oven voorverwarmen op 175°C of gasovenstand 3. Een springvorm van ± 24 cm invetten en
het aanrecht en een deegroller bestuiven met bloem. Het deeg uit de koelkast nemen en 3/4
deel ervan uitrollen tot een lap van ± ½ cm dik.
De vorm bekleden met de deeglap, zodat een opstaande rand van ± 3 cm ontstaat. Het
appelmengsel erin scheppen. De rest van het deeg uitrollen en tot lange repen snijden.
Deze deegrepen als vlechtwerk op de vulling leggen.
In het midden van de oven de appeltaart in ± 1 uur en 15 minuten goudbruin en gaar
bakken. Intussen in een steelpan de jam al roerend op een zacht vuur verwarmen tot een dun
vloeibaar mengsel.
Uit de oven de appeltaart direct bestrijken met de jam en de taart op een taartrooster ±
10 minuten in de vorm laten afkoelen.
De rand van de vorm verwijderen en de appeltaart verder laten afkoelen. Bestrooien met
poedersuiker. |