Rijgen Kettelen Wire - wire Punniken Leerveter Jasseron Draadwerk Strass
Draadwerk
Als
je al een beetje handig wordt met draad en wire - wire kun je je misschien eens
wagen aan draadwerk. Voor deze techniek kun je diverse soorten ijzerdraad
gebruiken, zoals het op basisscholen gebruikte strikkendraad of het wire - wire
draad. Hoe dunner het ijzerdraad is hoe gemakkelijker je er mee kunt werken.
Voor een mooi resultaat raad ik je het glimmend zilverkleurig ijzerdraad aan. Er
is ook dof zilverkleurig draad te koop in de winkel, maar dat haalt de glans van je
kralen af. Ook kun je natuurlijk het gekleurde ijzerdraad van wire - wire
gebruiken. Er is momenteel een verpakking op de markt waarin allerlei kleine
klosjes in verschillende kleuren zitten (zie tipspagina).
Voor het werken volgens deze techniek heb je verschillende tangetjes nodig. Een
rondbektang voor het vervormen van het ijzerdraad en een kniptang om de draad af
te knippen. De zogenaamde rozenkranstang is hierbij een uitkomst, omdat dit een
knip- en een rondbektang ineen is. De dure
uitvoering van Knippex is hier aan te raden. Het is even een investering, maar
het maakt het werken met het ijzerdraad stukken eenvoudiger en levert je minder
frustraties op.
Begin met het uitzoeken
van je kralen. (Grote vierkante kralen zijn in het begin het makkelijkst.) Rijg
het ijzerdraad door je kraal heen. Maak aan het uiteinde van de draad een rondje
met de rondbektang en stop het uiteinde terug in de kraal. Ga verder met het
overgebleven ijzerdraad dat onderuit je kraal komt. (Dit hoef je dus niet af te
knippen, maar kun je vanaf het klosje gebruiken.) Dit ijzerdraad haal je
omhoog naar het oogje. Hoe je dit doet, bepaal je met de rondbektang. Je kunt
rondjes draaien, golfjes of karteltjes maken. Wat je maar wilt. Je kunt ook de
gehele kraal spiraalgewijs omwikkelen van onder tot boven. Sla de draad een
paar keer om het oogje heen, zodat het oogje vastzit en ga terug naar de
onderkant van de kraal langs de andere zijde van de kraal. Ook nu kun je weer
met de rondbektang figuurtjes draaien in je draad. Knip dan het draad zo af, dat
je een klein stukje terug kunt stoppen onderin de kraal (afhechten). Klaar!
Als je geen bedeltjes
wilt hebben, maar de kralen aan elkaar vast wilt maken volg dan deze werkwijze.
Maak in het begin geen oogje, maar een haakje en stop het uiteinde nog niet
terug in de kraal. Maak aan de onderkant wel een oogje, sla het ijzerdraad er
een keer omheen en ga dan naar boven naar het haakje terwijl je in de draad een
figuurtje maakt. Sla de draad om het haakje heen, maar hou het een beetje ruim,
zodat je straks als je het haakje dichtmaakt het uiteinde er nog tussen kan
duwen. Ga terug naar de onderkant van de kraal waar het oogje zit, langs de
andere kant van de kraal en maak weer figuurtjes met je rondbektang. Sla de
draad nogmaals om het oogje heen en knip hem dan af. Als je twee kralen hebt
bewerkt kun je ze aan elkaar vastmaken. Haak hiervoor het haakje van de ene
kraal door het oogje van de andere. Buig vervolgens het haakje dicht tot een
oogje met je rondbektang.
Voor een voorbeeld van een armband met de draadwerktechniek verwijs ik je naar de voorbeeldenpagina en kijk onder armbanden.
Terug naar het begin van de pagina